ROADTRIP NAAR NICKERIE


Trip naar Nickerie? Denk dan niet alleen aan wat er daar te doen valt, maar probeer ook van de roadtrip te genieten. Om op de Oostwestverbinding te komen, kan op twee manieren. De eerste is via de Kwattaweg, de andere via Leiding. De Kwattaweg is sinds vorig jaar verbreed en opnieuw geasfalteerd. Een genot om op te rijden, zonder nauwe manoeuvres te hoeven maken.
De smalle Leiding daarentegen is een stuk rustiger, maar geeft een beklemmend gevoel. Deze eindigt bij een rotonde. Neem driekwart rotonde en je komt op het Garnizoenspad. Hierna volgt een slecht gedeelte met verzakkingen. Daarna kan je weer vrij ademhalen.
Bij de ontmoeting van het Garnizoenspad met de Oostwestverbinding opent zich een prachtige T-kruising; te vergelijken met die van Para, richting Zanderij. Gele borden met plaatsnamen geven duidelijk aan welke richting je op moet voor Nickerie: naar links - het westen. De verbrede weg tot naar Saramacca maakt de roadtrip aangenaam. In de bochten zie ik witte doorgetrokken lijnen. Inhalen dus verboden.
Voorbij zwembad Krishna staat een zandweg met de naam '6e Rijweg'. Niet eerder geweten. Bestaan dan ook een 7e en 8ste Rijweg? Voordat ik aankom bij de brug over de Saramaccarivier zie ik nog woningen met prachtig onderhouden erven. Sommigen mooi afgeschut als een ranch. Zo mooi dat ik vergeet om een foto te maken (hai boi ...) 
Op Groningen herken ik de bewoonde wereld. Tussen de woningen verrijst opeens een grote supermarkt of service station. Gele en rode vlaggen, wapperend aan lange bamboestokken, verklappen het geloof van de bewoner, terwijl de vele bloemen op het erf laat raden dat hier Javanen wonen. Het had veel eerder moeten staan, maar wat een goed idee van Staatsolie om een
 jaknikker te plaatsen op de grote rotonde. Als Surinamer hou je een trots gevoel aan over.
Na de hoofdstad van Saramacca volgt zeker nog een uur rijden door onbewoond land. Tot de volgende attractie: de Coppenamebrug. Sommige dagbezoekers stoppen bij de oude veersteiger. Hier is ook de opstapplaats voor Batavia, het bekende bedevaartsoord van de zalige Petrus Donders. Moet je een keer doen als je nog niet bent geweest. Voor meer info, ga naar de Kanselarij van het bisdom aan Henck Arronstraat (tegenover SWM).
Na de Coppenamebrug volgt nog een dik uur rijden voordat je Totness, het centrum van Coronie bereikt. Normaal gesproken stoppen road trippers bij een winkel of rijden ze in een ruk door naar Nickerie. Zonde. Neem een keer de moeite om een zijweg af te slaan en wat meer van het kokosdistrict te zien. Misschien herken je wel je eigen woonomgeving.
Veel bebouwd is het niet, dus ziet de omgeving er heel ruimtelijk en rustgevend uit. Nette woningen langs smalle straten geven een totaal ander beeld dan de houtenwoningen aan de hoofdweg die zuchten van de hoge leeftijden. De namen van de binnenstraten herinneren aan bekende personen uit de geschiedenis van Coronie. Koeien en schapen op de weg versterken het boiti gevoel. In één van de laatste straten, de Soemboredjostraat, wonen de laatste overgebleven families van een ooit grote Javaanse gemeenschap in Coronie.
Na Coronie heb ik de hele weg voor mezelf. Het traject langs Bigi Pan is meestal verlaten en maakt je tot lonely rider. Maar blijf letten op je snelheid en de verkeersborden. Deze zijn niet zonder een reden geplaatst. Bij het kleine vliegveld van Skyfarmers eindigt de weg in een T-kruising. Sla af naar links en geniet weer van je roadtrip op de brede weg. Hierna volgen nog twee T-kruisingen voordat je Nickerie bereikt. (Ik heb ze geteld).

De eerste T-kruising is bij Wageningen; herkenbaar aan het bus wachthuisje. Polders langs de weg bepalen hier de horizon. Afhankelijk van het seizoen zie je machines ploegen door het vele modder en water, maar deze keer is de padi ontkiemd. Het resultaat: een toverachtig groen landschap.
Iconisch op deze route zijn de Stalweide, de brug over Klein Henar en de horizontale ophaalbrug over de Nickerierivier. Nergens anders in het land kom je deze unieke brug tegen.
Op gegeven moment zak je weer van een brug en beland je automatisch op Groot Henar. Verwarrend is de naam, want het is maar een klein dorp. Herkenbaar zijn de vele zijwegen met namen van de verschillende rijstsoorten. Ik wist niet dat er zoveel soorten bestonden.
Maar let nu goed op, want zo meteen volgt de tweede T-kruising. Links van de weg, bij een rijstfabriek, staat een bord met de naam Hamptoncourtpolder. Niet ver hiervandaan staat een blauwe poort; voor velen het herkenningsteken om hier af te slaan. Aan de overzijde van de T-kruising staat namelijk de Parmessarweg die leidt door deze grote polder.
De bus uit Paramaribo kiest ook voor deze weg met vele flauwe bochten en drempels. Rijd deze route uit en je komt vanzelf in het centrum van Nickerie. Hoe dichterbij je komt, hoe meer het leven toeneemt.
Maar voordat dit gebeurt, ga je nog langs plaatsen met bekende namen zoals Paradise, Longmay en Waterloo. Allemaal namen van vroegere suikerplantages.
Ik weet niet zeker of hier de weg nog Parmessarweg heet, maar na een bord met daarop 'Nieuw Nickerie' kom je vanzelf in de Maynardstraat met de Openbare markt. Einde mooie roadtrip. Op een straatblok tegenover de markt staat het toonaangevende Residence Inn hotel voor een comfortabel verblijf.

Wil je na Groot Henar de oude route nemen, rij dan de blauwe poort voorbij. Bij de splitsing naar South Drain kies je voor ‘Nickerie’ en via de Soekramsinghweg kom je terecht bij de Achterdamstraat. Zeg maar de achterkant van het centrum van Nieuw Nickerie, indien de markt als de voorkant wordt beschouwd.

Beide routes hebben hun eigen charmes en misschien evenveel drempels. De oude route toont villa’s en middenstandswoningen, terwijl de Hamptoncourtpolder meer een landelijk karakter heeft. Geniet in Nickerie van het vredig leven, de amicale bevolking en de bruisende markt. Het uitgaansleven is ook een stuk goedkoper dan de stad. Voor een andere sfeer ga je naar Zeedijk. Daar hoor je geen mensen, maar alleen de stem van de wind.



EINDE


DE NICKERIE TRAVELER







Comments